Foodmaker krijgt als enige onderneming in België het label biocyclische-veganlandbouw
Erkenning voor zijn plantaardig én biologisch landbouwsysteem
Westerlo – Foodmaker, de gezonde restaurantketen en producent van ultraverse maaltijden, ontvangt vandaag als enige onderneming in België het label ‘Biocyclische-Veganlandbouw’. En dit voor zijn eigen biovelden in Assent bij Diest. Bioboer Mark Van Hove beheert daar maar liefst 115.000 m² velden voor Foodmaker. Alle biologische kruiden en enkele duizenden kilo’s groenten die Foodmaker nodig heeft in zijn producten komen van de eigen velden. Foodmaker experimenteert daar ook met spelt en quinoa en andere exotische gewassen. Het label wordt toegekend door het netwerk ter bevordering van Biocyclische-Veganlandbouw van België en Nederland.
Uniek in België
Biocyclische-Veganlandbouw is een puur plantaardig én biologisch landbouwsysteem. Deze teeltvorm maakt geen gebruik van productiedieren en maakt geen gebruik van dierlijke meststoffen. Ook wordt de nadruk gelegd op het bevorderen van de biodiversiteit, gezond bodemleven, humusopbouw en het maximaal sluiten van organische kringlopen. Foodmaker is nu de enige onderneming in België die voldoet aan deze normen.
Een visie – een droom
Lieven Vanlommel, oprichter en CEO van Foodmaker, droomde al jaren van eigen biovelden. “Al sinds de opstart van Foodmaker broed ik op dit idee. De biologische kruiden en groenten die wij vroeger aankochten waren duur en hadden niet altijd de gewenste kwaliteit. Dat doe ik beter zelf, dacht ik, en in 2015 kochten we de velden in Assent. In het begin was het ‘trial en error’ maar ondertussen komen al onze biokruiden van deze velden. Goed voor zo’n dertien ton per jaar. Ook de groenten zijn al flink duizenden kilo’s per jaar van onder andere witloof, roodlof, aardpeer, gele rapen en winterpostelein. We testen momenteel zelfs quinoa en spelt omdat we deze grondstoffen best veel gebruiken. De testen zien er veelbelovend uit,” aldus Vanlommel.
Experimenteren en innoveren
Foodmaker wil constant blijven innoveren. En zijn velden laten het toe om te experimenteren: “We testen hier met nieuwe of meer exotische gewassen,” zegt bioboer Mark Van Hove. “Onlangs oogstten we op 1 hectare 50 ton zoete aardappel en dat is uniek. De zoetpatat wordt immers enkel in verre of exotische landen geteeld. Verder realiseerden we de eerste commerciële teelt van bio kurkuma, gember, tijm en munt in België. Normaal importeren wij 100 kilo gember per week uit China. Onze gember smaakt zo sterk dat we maar 20 kilo verbruiken in plaats van 100. Ook de verse kurkuma is een smaakbom. Door dit zelf te telen, dragen wij zeker ons steentje bij aan een gezonde ecologische voetafdruk.”
Van veld naar vork
Het was Vanlommels droom om de hele keten in eigen beheer te hebben. “Er is natuurlijk het financiële plaatje waar we nu tussenpartijen uitschakelen, maar nog sterker is het complete verhaal. Wij willen altijd gaan voor de allerbeste kwaliteit die wij nu kunnen garanderen. Wij halen de kruiden en groenten van onze eigen velden en die worden in onze eigen keukens omgetoverd tot heerlijke en gezonde producten. Zelfs onze dressings maken we zelf,” besluit Vanlommel.
Bram Smets